Aftrek elders belast voor inkomen uit Azerbeidzjan en Dubai, geen premies volksverzekeringen

14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN: AU0781,04/04554

Een inwoner van Nederland werkte buiten Nederland voor buitenlandse ondernemingen. In 2002 werkte hij gedurende een aantal maanden in Azerbeidzjan. Vervolgens verbleef hij enkele maanden bij zijn gezin in Nederland, waarna hij naar de Verenigde Arabische Emiraten vertrok. Daar werkte hij tot en met 31 december 2002. Bij het opleggen van de aanslag inkomstenbelasting 2002 hield de inspecteur geen rekening met vermindering ter voorkoming van dubbele belastingheffing. Premies volksverzekeringen werden geheven naar het maximale premie-inkomen van € 27.847. Nederland heeft met Azerbeidzjan geen verdrag ter voorkoming van dubbele belastingheffing gesloten. Een vermindering ter voorkoming van dubbele belastingheffing moet dan worden bepaald aan de hand van het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001. Hof Amsterdam was van oordeel dat de belanghebbende overtuigend aantoonde dat hij in de eerste maanden van 2002 met zijn werkzaamheden in Azerbeidzjan een bedrag aan belastbaar loon had genoten. Ook vond het Hof overtuigend aangetoond dat de belanghebbende tijdens zijn verblijf in Nederland geen arbeid had verricht. Het Hof ging ervan uit dat het loon volgens het Azerbeidjaanse belastingrecht was onderworpen aan een vorm van inkomstenbelasting. Niet nodig was dat uit bescheiden bleek of, en zo ja tot welk bedrag, Azerbeidjaanse inkomstenbelasting was betaald of afgedragen. Zowel het inkomen uit de Azerbeidjaanse periode als dat uit de periode in de Verenigde Arabische Emiraten kwam in aanmerking voor een vermindering ter voorkoming van dubbele belastingheffing. De belanghebbende hoefde daardoor per saldo geen inkomstenbelasting te betalen over zijn belastbare inkomen uit werk en woning.De belanghebbende was de eerste drie maanden van 2002 niet premieplichtig voor de volksverzekeringen omdat hij toen in Azerbeidzjan verbleef en uitsluitend daar arbeid verrichtte. Zijn werkgever was niet in Nederland gevestigd. De periode van verblijf in Nederland had het karakter van een periode van werkloosheid tussen het vervullen van twee dienstbetrekkingen in het buitenland. Dat betekende dat de belanghebbende in 2002 niet in Nederland premieplichtig was voor de volksverzekeringen.