14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN: AX8465, BK 1004/04
De belastingdienst legde voor het jaar 2000 aan iemand ambtshalve een aanslag inkomstenbelasting op omdat hij ondanks een aanmaning daartoe geen aangifte had ingediend. Het belastbare inkomen werd vastgesteld op ƒ 83.936. De belastingplichtige diende na het vaststellen van de aanslag alsnog een aangiftebiljet in. De inspecteur behandelde dit als een bezwaarschrift, maar handhaafde in zijn uitspraak de aanslag.In de procedure die volgde stelde Hof Leeuwarden vast dat de vereiste aangifte niet was gedaan. In een dergelijk geval moet de belastingplichtige overtuigend bewijzen dat en in hoeverre de belastingaanslag onjuist is. Het aangiftebiljet bevatte geen toelichting. Op verzoeken van de inspecteur om inlichtingen werd niet gereageerd. Volgens het Hof had de inspecteur het bezwaar terecht afgewezen. In beroep kwam de belanghebbende niet verder dan de ontkenning dat hij naast zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering andere inkomsten had genoten. De inspecteur had de andere inkomsten vastgesteld door uit te gaan van een hoeveelheid door de belanghebbende verhandelde mest en van door de belanghebbende gedane opgaven en premieaanvragen voor rundvee. De inspecteur kwam uit op een bedrag van andere inkomsten van ƒ 50.000. Het Hof vond deze schatting niet onredelijk en verklaarde het beroep ongegrond.