14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN: AZ2285, 04/01830
Werkgevers zijn verplicht de identiteit van hun werknemers vast te stellen en in hun loonadministratie een kopie te bewaren van de identiteitsbewijzen van werknemers. Wanneer een werknemer zijn naam, adres of woonplaats niet aan de werkgever heeft meegedeeld of wanneer de identiteit van de werknemer niet is vastgesteld of een kopie van het identiteitsbewijs ontbreekt, is de werkgever verplicht de loonbelasting in te houden volgens het anoniementarief van 52%. Bij een door de Belastingdienst ingestelde controle bij een schoonmaakbedrijf werd geconstateerd dat de loonadministratie op dit punt te kort schoot. Zo ontbraken ondermeer kopieën van identiteitsbewijzen of van gedeelten daarvan, waren de kopieën soms zo onduidelijk dat de foto niet herkenbaar was of week de handtekening op het identiteitsbewijs duidelijk af van de handtekening op de loonbelastingverklaring. De inspecteur merkte een aantal personen aan als anonieme werknemers. Op het aan deze werknemers uitbetaalde loon paste hij het anoniementarief toe. De werkgever meende dat het anoniementarief niet van toepassing was omdat hij had voldaan aan alle wettelijke verplichtingen. De werkgever had immers van alle werknemers volledige en juist ingevulde loonbelastingverklaringen overgelegd, de identiteit van de werknemers vastgesteld aan de hand van overgelegde identiteitsbewijzen en kopieën daarvan in de administratie opgenomen. Voor zover deze gebreken vertoonden meende de werkgever dat dit hem niet kon worden tegengeworpen gezien de gebrekkige overheidsinformatie. Hof Amsterdam was van oordeel dat in alle gevallen terecht het anoniementarief was toegepast. De gebreken waren zo opvallend dat de werkgever had moeten onderkennen dat de documenten mogelijk vals waren. Het Hof vond niet van belang dat de overheid werkgevers niet actief heeft gewezen op mogelijke gebreken.