Beperking rioolrecht tot grote lozers is niet in strijd met gelijkheids- of evenredigheidsbeginsel

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AF7525, 38402

In 2004 heeft de Hoge Raad een reeks arresten gewezen over de heffing van het rioolafvoerrecht in diverse gemeenten. Die arresten hebben betrekking op de gehanteerde heffingssystematiek, waarbij de zogenaamde kleine lozers buiten de heffing blijven. Kleine lozers zijn die belastingplichtigen die minder dan een bepaalde hoeveelheid water afvoeren uit hun woning of bedrijfspand. Deze heffingssystematiek is naar het oordeel van de Hoge Raad toegestaan, mits de grote lozers niet meer belasting betalen dan overeenkomt met hun aandeel in de afgevoerde hoeveelheid water en het daaraan toegerekende deel van de kosten. De Hoge Raad heeft op grond van deze opvatting een uitspraak van Hof Arnhem vernietigd die betrekking had op het rioolafvoerrecht van de gemeente Zwolle. Er is geen strijd met het gelijkheidsbeginsel als door de gehanteerde heffingssystematiek maar een klein deel van de belastingplichtigen daadwerkelijk in de heffing wordt betrokken en er in feite niet wordt geheven over een aanmerkelijk deel van de totale hoeveelheid afvalwater die op het riool wordt geloosd. De drempelvrijstelling geldt immers zonder onderscheid voor alle belastingplichtigen. Niet van belang voor de redelijkheid van de kostentoerekening is of het niet door middel van het afvoerrecht gedekte deel van de rioleringskosten wordt bestreden uit de opbrengst van een rioolaansluitrecht of uit de algemene middelen.Hof Arnhem heeft in zijn uitspraak verder geoordeeld dat de gemeente op controleerbare wijze moet vastleggen welke uitgaven zij in welke mate door elk van beide heffingen beoogt te dekken. Dat heeft de gemeente niet gedaan. Daarmee voldoet de verordening niet aan de voorschriften van de Gemeentewet aldus het Hof. Dat oordeel is volgens de Hoge Raad niet juist. Uit de wetsgeschiedenis volgt ondubbelzinnig dat het totaal van de geraamde baten van de rechten die in een verordening zijn geregeld het totaal van de geraamde lasten die de werkzaamheden meebrengen waarvoor deze rechten geheven worden niet mag overschrijden. De beoordeling moet gemaakt worden op basis van de gehele verordening en niet op basis van de afzonderlijke rechten die volgens een verordening worden geheven. De Hoge Raad heeft de uitspraak van Hof Arnhem vernietigd. De opgelegde aanslag rioolafvoerrecht blijft in stand.