Beroep ontvankelijk ondanks toegezegde vernietiging aanslag

25 mei 2009 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN BI3299, 08/00295

De Hoge Raad hanteert als beleid dat door een verklaring van de belastingdienst dat een aanslag zal worden vernietigd het belang bij een beroepsprocedure is vervallen. Het is volgens de Hoge Raad niet nodig dat de aanslag al is vervallen of dat er duidelijkheid bestaat over het vervallen van de aanslag. Hof Arnhem wijkt in een uitspaak van deze zienswijze van de Hoge Raad af. Volgens het Hof brengt de benadering van de Hoge Raad mee dat een belanghebbende tot een nieuwe procedure wordt gedwongen als de inspecteur zijn toezegging niet nakomt. Het Hof ging daarom, in het belang van een efficiƫnte afdoening van een lopende procedure, over tot vernietiging van een kennelijk ten onrechte opgelegde aanslag ziekenfondsverzekering. In de voorafgaande procedure bij de Rechtbank had de inspecteur toegegeven dat de aanslag ten onrechte was opgelegd en daarom zou worden vernietigd. De Rechtbank volgde wel de zienswijze van de Hoge Raad en verklaarde het beroep wegens gebrek aan belang niet-ontvankelijk.
In hoger beroep bij het Hof stelde de belanghebbende dat hij nooit een verminderingsbeschikking had ontvangen. De inspecteur verklaarde dat deze beschikking al geruime tijd eerder was verzonden. Om aan de onduidelijkheid over de vernietiging van de aanslag een einde te maken heeft het Hof deze zelf vernietigd.