14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2004/2764M
In een aantal arresten 22 oktober 2004 heeft de Hoge Raad een beslissing gegeven over de aftrek van hypotheekrente in de situatie waarin iemand geld leent voor de verbouwing van zijn eigen woning, maar het geleende geld niet onmiddellijk daaraan besteedt. Naar aanleiding van die arresten heeft de staatssecretaris van Financiën nu de volgende regeling goedgekeurd. Als de lening is aangegaan voor de verbouwing of het onderhoud van de eigen woning, dan komen gedurende een periode van zes maanden na het afsluiten de rente en kosten ervan volledig in aftrek, ongeacht of en in hoeverre het geleende geld is besteed. Voor uitgaven tijdens deze zesmaandsperiode geldt wel dat zij met schriftelijke bewijsstukken moeten worden aangetoond. Als de verbouwing langer duurt dan 6 maanden is er alleen sprake van een eigenwoninglening nadat en voor zover er betalingen voor de verbouwing zijn gedaan. Wel blijft de renteaftrek over de eerste zes maanden in stand. Daarnaast keurt de staatssecretaris goed dat bij de vorming van een verbouwingsdepot de rente en kosten van de lening gedurende twee jaar aftrekbaar zijn in box 1. Op de aftrekbare rente komt de ontvangen depotrente in mindering. Deze regeling eindigt als blijkt dat het depot niet meer is bestemd voor de eigen woning of na twee jaar. Een eventueel restant van de lening gaat dan naar box 3. De goedkeuring geldt alleen voor leningen die zijn aangegaan in verband met een verbouwing.