Besluit waardering woning bij overbrenging naar privé

14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2005/3339M, Stcrt. nr. 85

De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit over de waardering van een woning bij een verplichte overgang naar het privévermogen en een besluit over de waardering van een woning bij een vrijwillige overgang naar het privévermogen samengevoegd. Het besluit bevat verder uitvoeringsbeleid met betrekking tot de waardering van bij de woning gelegen en niet afzonderlijk verkoop- of verhuurbare gebouwen, die verplicht overgaan naar privé. Bij een verplichte overgang van het ondernemings- naar het privévermogen van een woning die is bestemd voor duurzame zelfbewoning, geldt dat de waarde in bewoonde staat bij een leeftijd van de jongste bewoner van niet meer dan 60 jaar wordt gesteld op 65 % van de waarde in vrije staat. Bij een leeftijd van 61 tot en met 69 jaar wordt deze waarde verhoogd met 1 % voor ieder jaar dat de belanghebbende ouder is dan 60 jaar. Bij een leeftijd vanaf 70 jaar bedraagt de waarde in bewoonde staat 75 % van de waarde in het economische verkeer. De waardedrukkende factor wegens zelfbewoning geldt ook voor aanhorigheden van de woning. Voor afzonderlijk van de woning verkoop- of verhuurbare gebouwen geldt geen enkele waardedruk wegens zelfbewoning.Bij een vrijwillige overgang van een bedrijfswoning (met aanhorigheden) naar het privévermogen geldt als uitgangspunt voor de waarde in bewoonde ca. 90 % van de waarde in vrije staat. De staatssecretaris keurt goed dat de waarde in bewoonde staat wordt gesteld op 80 % van de waarde in vrije staat.