14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJNBA1288, 06/00244
Een werknemer had met zijn werkgever afgesproken dat deze hem geen auto ter beschikking zou stellen, maar in plaats daarvan hem het bedrag van de leasekosten zou betalen. De werknemer had volgens de gemaakte afspraken geen recht op vergoeding van zakelijk verreden kilometers. De werkgever hield over deze betalingen loonheffing in. De hoogte van het overeengekomen maandbedrag had geen directe relatie met de zakelijk verreden kilometers of met de werkelijke kosten van de eigen auto van de werknemer. Door het ontbreken van een relatie met de autokosten was gelijkstelling met de situatie waarin de werknemer een auto van de zaak ter beschikking heeft niet aan de orde. Omdat de werknemer door de keuze voor uitbetaling van het leasebedrag expliciet had afgezien van het recht op vergoeding van de zakelijke kilometers, was er geen reden om (een deel van) het bedrag van de leasevergoeding aan te merken als een vrije vergoeding. Sinds de invoering van de Wet IB 2001 is het niet meer mogelijk voor een werknemer om de kosten van zakelijk verreden kilometers in aftrek te brengen.