Bij belaste verhuur OG bestaat recht op aftrek van alle omzetbelasting, ook als deze niet wordt voor

26 september 2003 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AL2120 Zaaknr: 38573

De verhuur van onroerende zaken is een prestatie, die is vrijgesteld van de heffing van omzetbelasting. Op verzoek kan echter de verhuur als een belaste prestatie worden aangemerkt. Dat heeft tot gevolg, dat aan de verhuurder in rekening gebrachte omzetbelasting door hem kan worden verrekend met de af te dragen omzetbelasting. Sinds 1996 is het niet meer mogelijk om belast te verhuren aan een huurder, die vrijgestelde prestaties verricht. Wel is er een overgangsregeling getroffen voor bestaande huurcontracten. Voor de resterende duur van het contract mag dan belast worden verhuurd ook al voldoet de huurder niet aan de sinds 1996 gestelde eisen. Als van die overgangsregeling gebruik wordt gemaakt heeft de verhuurder recht op verrekening van de hem in rekening gebrachte omzetbelasting, omdat hij belaste prestaties verricht. Dat geldt ook voor de omzetbelasting op verbouwingskosten, als de verbouwing voor rekening van de verhuurder komt. Voor het recht op aftrek is niet van belang, dat de kosten van de verbouwing in een periode van meerdere jaren door een huurverhoging worden doorberekend aan de huurder. Hof Leeuwarden had aftrek toegestaan naar rato van de periode, dat de belaste verhuur nog kon duren op grond van de overgangsregeling. Dat is niet juist volgens de Hoge Raad, omdat de wettekst een dergelijke verrekening niet kent. Van belang is of belaste prestaties worden verricht op het moment waarop omzetbelasting in rekening wordt gebracht. Als dat zo is, kan de in rekening gebrachte omzetbelasting in een keer worden verrekend. De Hoge Raad stond de verhuurder verrekening van de gehele omzetbelasting over de verbouwingskosten toe.