5 november 2003 | Hof Den Bosch | jurisprudentie | LJN-nummer: AO1230 Zaaknr: 01/00076
Een ondernemer rekende zijn woning met bedrijfsgedeelte tot zijn ondernemingsvermogen. Het bedrijfsgedeelte bestond uit een winkel, die onderdeel van de woning uitmaakte en een bakkerijgedeelte. Vooruitlopend op de voorgenomen beëindiging van zijn bedrijf zette hij het pand te koop. Uiteindelijk werd het pand verkocht aan zijn dochter en schoonzoon, waarbij hij een recht van gebruik en bewoning voorbehield voor het bakkerijgedeelte. In geschil was of bij de waarde van het pand voor de stakingswinst rekening gehouden mocht worden met een vermindering wegens duurzame zelfbewoning. Naar het oordeel van Hof Den Bosch was er sprake van een verkoop en niet van een overgang naar het privé-vermogen van de woning in het kader van de staking. Daarom kon geen rekening worden gehouden met een waardevermindering wegens duurzame zelfbewoning. Voor de overdrachtsbelasting was eerder discussie geweest over de waarde van het pand. De inspecteur stelde zich op het standpunt, dat de daarbij overeengekomen waarde ook gold voor de inkomstenbelasting. Het Hof volgde die opvatting.