Bijzonder tarief van toepassing bij afkoop optierechten

14 mei 2007 | Hof Den Bosch | jurisprudentie | LJN: AZ1146, Nr. 03/01952

Een werknemer ontving ter afkoop van zijn optierechten in het jaar 2000 een bedrag van ƒ 1,3 miljoen. Dat bedrag had voor ƒ 69.000 betrekking op in 2000 onvoorwaardelijk geworden opties en voor het restant op het niet onvoorwaardelijke deel van de opties. In zijn aangifte claimde de werknemer het bijzondere tarief omdat het bedrag van ƒ 1,3 miljoen was genoten ter vervanging van gederfde of te derven inkomsten. Daarvoor moet sprake zijn van vervanging van het object van de overeenkomst. Het vervangende object moet op meerdere jaren betrekking hebben. Volgens Hof Den Bosch was aan beide eisen voldaan. De werknemer had aanvang 2000 ondermeer voorwaardelijke aanspraken. In de loop van 2000 ontving hij in plaats daarvan geld. Daarvoor hoefde hij niet te wachten tot zijn aanspraken door verloop van jaren onvoorwaardelijk werden. Omdat de afgekochte rechten zonder afkoop pas na 2000 genoten zouden zijn was ook aan de meerjaarseis voldaan. De werknemer had recht op toepassing van het bijzondere tarief voor het verschil tussen ƒ 1,3 miljoen en ƒ 69.000.