Boete bij naheffing MRB wegens omstandigheden verminderd

14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN: AR7233,04/00712

De belastingdienst legde aan de eigenaar van een bestelauto een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting op, omdat de bestelauto niet voldeed aan de daaraan gestelde eisen. Er ontbrak een scheidingswand tussen laadruimte en cabine. Tegelijkertijd werd een boete opgelegd, die gelijk was aan het nageheven belastingbedrag. De inspecteur schold van de boete niets kwijt. Hof Arnhem matigde de boete vanwege bijzondere omstandigheden. De auto beschikte voor de aankoop over een vaste wand die cabine en laadgedeelte volledig afsloot. De verkoper verwijderde die wand voor de verkoop. De huidige eigenaar kocht de auto als bestelauto en ging ervan uit dat de auto aan de gestelde eisen voldeed. Zes jaar later werd hij geconfronteerd met de onjuistheid van die gedachte. Hij verklaarde, dat hij als had geweten, dat hij meer belasting verschuldigd was, het hogere bedrag zou hebben betaald. Het Hof twijfelt niet aan zijn oprechtheid en halveerde de boete.