14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2005/494M
Met ingang van 1 maart 2005 zijn de bepalingen in de Wet IB 2001 die betrekking hebben op de kapitaalverzekering eigen woning (KEW) gewijzigd. Zo is het begrip "schulden aangegaan ter verwerving van de eigen woning" vervangen door het begrip "eigenwoningschuld" en is het begrip "gemeenschappelijke huishouding" vervangen door "gezamenlijke huishouding". Het Verbond van Verzekeraars heeft in verband daarmee een nieuwe clausule voorgesteld die in een KEW-polis wordt opgenomen. Deze luidt:"De begunstigde zal de verzekerde uitkering aanwenden ter aflossing van de eigenwoningschuld van de verzekeringnemer, zijn echtgenote of van degene met wie hij duurzaam een gezamenlijke huishouding voert."De staatssecretaris van Financiën kan zich in deze clausule vinden. De staatssecretaris keurt goed dat in een KEW-polis die vóór 1 oktober 2005 wordt afgesloten de oude clausule wordt opgenomen. Aanpassing van deze polissen is dus niet nodig. Verzekeringen die vanaf 1 oktober 2005 worden gesloten moeten wel aansluiten bij de nu geldende wettekst. Als dat niet het geval is valt de kapitaalverzekering in box 3. Opgemerkt zij dat van een met ingang van 1 maart 2005 ontvangen kapitaalsuitkering maximaal het bedrag van de "eigenwoningschuld" op het tijdstip van uitkering kan zijn vrijgesteld en dat met de uitkering ten hoogste het bedrag van de "eigenwoningschuld" moet worden afgelost in plaats van de "schulden terzake van de eigen woning".