Datum staking onderneming

14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJNAZ6281, BK 425/04

Een VOF exploiteerde een binnenvaartschip, dat op 11 mei 2000 werd overgedragen aan een koper voor een verkoopprijs van ƒ 500.000. Na de verkoop verrichtte de VOF amper activiteiten. Omdat de koper de financiering van de overname door de bank niet rond kreeg verstrekte de VOF een lening aan de koper van ƒ 100.000. Op de balans van 31 december 2000 van de VOF stond bij de activa een lening u/g van ƒ 100.000 en onder de passiva een even grote voorziening. De vorming van de voorziening was ten laste van de winst in 2000 van de VOF gebracht. Bij de aanslagregeling corrigeerde de inspecteur de aangegeven winst ondermeer met de afwaardering van de vordering. In geschil was of de onderneming was gestaakt op de datum van de levering van het schip of aan het einde van het jaar 2000, omdat na 11 mei 2000 nog enkele werkzaamheden waren verricht, waaronder het meevaren met de koper en de administratieve afwikkeling van de onderneming. Volgens Hof Leeuwarden vond de staking van de onderneming plaats op 11 mei 2000. De na die datum nog verrichte werkzaamheden lagen niet meer in de ondernemingssfeer. De vordering op de kopers ging op de dag van staking over naar het privévermogen van beide firmanten in de VOF. Bij de waardering van de vordering mocht rekening gehouden worden met de verminderde kredietwaardigheid van de koper. Het Hof schatte de waarde van de vordering op 50% van de nominale waarde en verlaagde de belastbare inkomens van de firmanten dienovereenkomstig.