14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN: AU5336, BK 352/03
Een ondernemer leende in 1993 een bedrag van ƒ 2,6 miljoen uit. Er was geen overeenkomst van geldlening opgemaakt en er was niets geregeld over betaling van rente en/of aflossing. Zekerheden werden niet gevraagd of verstrekt. De ondernemer boekte de lening in zijn aangifte inkomstenbelasting 1993 als oninbaar af. Dat leidde tot een verlies van ƒ 2,4 miljoen.De inspecteur accepteerde de afwaardering van de lening ten laste van de winst niet. Hof Leeuwarden leidde onder meer uit de verklaring van de debiteur af, dat de lening was verstrekt uit zakelijke overwegingen. De inspecteur had niet aannemelijk gemaakt dat de lening op persoonlijke overwegingen zou zijn verstrekt. De afwaardering op de vordering kwam daarom ten laste van de winst van het jaar 1993; het beroep was gegrond.