14 mei 2007 | Overig | jurisprudentie | LJN: AT5957, AWB 04/375
Vanwege de investering in een windturbine verzocht een ondernemer om een verklaring Energie-investeringsaftrek (EIA). Een dergelijk verzoek moet binnen drie maanden na het aangaan van de investeringsverplichting worden gedaan. Het verzoek had betrekking op de volgende componenten: de windturbine, de netaansluiting, de trafo met het trafohuis en het betonpad. Het Ministerie van Economische Zaken weigerde de verklaring ten dele omdat het verzoek te vroeg respectievelijk te laat was gedaan. De investering in de netaansluiting was al ruim voor het verlenen van de opdracht voor de plaatsing van de windturbine gedaan, terwijl de opdracht voor de aanleg van het betonpad nog niet was gegeven toen het verzoek werd ingediend. Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven was van oordeel dat de afgegeven verklaring juist was.