Fiscale aspecten zeevaart

3 juni 2008 | Ministerie van Financiën | publicatie | AFP 2008-00414

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer een reactie gegeven op brieven van Loyens en Loeff aan de Kamer over uitbreiding van de fiscale faciliteiten voor de zeevaart. Deze faciliteiten zijn de afdrachtvermindering zeevaart en de tonnageregeling. Bij het verlenen van faciliteiten moet rekening gehouden worden met Europese regelgeving op het gebied van staatssteun. Een verhoging van de afdrachtvermindering naar 45% van het bruto loon is volgens de Europese regelgeving wel toegestaan omdat de belasting- en premiedruk voor de Nederlandse zeevarenden gemiddeld boven de 45% ligt. De afdrachtvermindering kan echter nooit hoger zijn dan het bedrag van de loonheffing dat een werkgever moet afdragen. Een verhoging van de afdrachtvermindering heeft alleen zin als deze kan leiden tot een negatieve afdracht, dat wil zeggen een teruggaaf aan de werkgever. Een teruggaaf is niet toegestaan binnen de Europese regels. Een deel van het werk dat vroeger op zee gebeurde vindt tegenwoordig in de havens plaats. Er komt een studiegroep die gaat onderzoeken of de afdrachtvermindering zeevaart ook op deze werkzaamheden kan worden toegepast. De tonnageregeling is een forfaitaire wijze van winstbepaling voor de zeevaart. Nu wordt voorgesteld om inkomsten uit bouwbegeleiding van schepen onder de tonnageregeling te laten vallen. Volgens de staatssecretaris zijn de mogelijkheden daartoe beperkt omdat de tonnageregeling geldt voor winst uit zeescheepvaart en niet is bedoeld voor steun aan de scheepsbouw. Volgens een arrest van de Hoge Raad kunnen inkomsten uit begeleiding van de bouw van eigen schepen in mindering worden gebracht op de kostprijs van het schip. Bij een latere verkoop van het schip kan op de boekwinst de tonnageregeling worden toegepast. Het arrest heeft tot gevolg dat voor eigen schepen de inkomsten uit bouwbegeleiding indirect onder de tonnageregeling vallen. De staatssecretaris is bereid in overleg met de sector te bepalen wanneer de “bouwbegeleiding” direct samenhangt met de exploitatie van een schip. Inkomsten uit beleggen behoren niet tot de winst uit zeescheepvaart en vallen dus niet onder de tonnageregeling. De reactie van de Europese Commissie op een verzoek van België om rente tot de winst uit zeescheepvaart te mogen rekenen lijkt enige ruimte te bieden. De belegging op korte termijn van kasmiddelen die zijn verkregen uit een scheepvaartactiviteit mag tot de winst uit zeescheepvaart worden gerekend. De staatssecretaris is bereid om de mogelijkheden voor Nederland op dit punt te onderzoeken. In 2004 was het standpunt van de Europese Commissie dat onderzoeksschepen, kabelleggers, kraanschepen en dergelijke niet onder de tonnageregeling kunnen vallen omdat de activiteiten van deze schepen niet als vervoer van personen of goederen over zee zijn aan te merken maar als het verlenen van maritieme diensten. De Commissie heeft in 2008 de lidstaten om advies gevraagd op dit punt. Een verder standpunt is nog niet bekend.