Fout in uitspraak op bezwaarschrift leidt tot proceskostenvergoeding

14 mei 2007 | Hof Den Bosch | jurisprudentie | LJN-nummer: AE5546 Zaaknr: 99/30612

Een besloten vennootschap heeft geld geleend van een andere BV. De aandeelhouders van de eerste BV zijn ook aandeelhouder van de andere BV. In de overeenkomst van geldlening is opgenomen, dat tussentijds boetevrij kan worden afgelost. De rente is voor een periode van 10 jaar vastgezet. Na een eerdere boetevrije gedeeltelijke aflossing wordt overgegaan tot gehele aflossing. Daarbij wordt boeterente betaald. De inspecteur weigert de aftrek van de rente, omdat die is betaald om de belangen van de aandeelhouders te dienen en niet verplicht is volgens de overeenkomst van geldlening. Het Hof bevestigt de opvatting van de inspecteur. Omdat de inspecteur in zijn uitspraak op het bezwaar van de BV tegen de beschikking, waarbij het verlies van de BV is vastgesteld, de aanslag heeft gehandhaafd in plaats van de beschikking, wordt hij veroordeeld tot proceskostenvergoeding