Geen aftrek elders belast voor stewardess bij Amerikaanse vliegmaatschappij

14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN: AU3187, 02/02904

Het belastingverdrag dat Nederland met het Verenigd Koninkrijk heeft gesloten wijst de belastingheffing over het salaris van luchtvaartpersoneel toe aan het woonland. Het salaris mag echter worden belast in het land waar de luchtvaartmaatschappij is gevestigd, voor zover het salaris betrekking heeft op reizen binnen dat land of op reizen van een luchthaven in dat land naar een buitenlandse luchthaven mits de werknemer binnen 48 uur is teruggekeerd in het land van vertrek. Een procedure voor Hof Den Haag ging over de vraag of een in Nederland wonende stewardess, die werkte voor het Engelse kantoor van een in de Verenigde Staten gevestigde vliegmaatschappij, recht had op aftrek elders belast voor haar salaris. In het jaar 2000 maakte zij 47 vluchten naar de Verenigde Staten, waarbij zij in 46 gevallen minder dan 48 uur afwezig was in het Verenigd Koninkrijk. De stewardess was in het Verenigd Koninkrijk sociaal verzekerd. Haar inkomen werd in dat jaar in het Verenigd Koninkrijk niet in de belastingheffing betrokken. Volgens het Hof was de luchtvaartmaatschappij niet in het Verenigd Koninkrijk gevestigd, omdat zij daar slechts voor haar aan het Engelse kantoor toe te rekenen resultaat aan belasting was onderworpen en niet voor haar overige winst. Dat had tot gevolg dat op grond van het verdrag de looninkomsten alleen in Nederland belastbaar waren zonder recht op een vermindering van de verschuldigde belasting ter vermijding van dubbele belasting.