Geen inhoudingsplicht na emigratie en bedrijfsoverdracht

19 december 2008 | Overig | jurisprudentie | BH3104, AWB 07/845 LB

De werkgever is verantwoordelijk voor de inhouding en afdracht van loonbelasting. Een niet in Nederland wonende werkgever kan toch inhoudingsplichtige zijn voor de loonbelasting als hij in Nederland een vaste inrichting heeft of als hij zich als zodanig heeft gemeld bij de inspecteur omdat hij personeel in dienst heeft van wie het loon in Nederland is onderworpen aan de inkomstenbelasting. De belastingdienst legde een naheffingsaanslag loonbelasting op aan een voormalige ondernemer die zijn bedrijf inmiddels had overgedragen en ook niet meer in Nederland woonde. Voor de beantwoording van de vraag of de naheffingsaanslag terecht was opgelegd was bepalend wanneer de voormalige ondernemer was geëmigreerd en wanneer hij zijn bedrijf had overgedragen. De aanslag had betrekking op het tweede halfjaar van 2003. De belastingdienst meende op basis van de inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie dat de ondernemer in het naheffingstijdvak in Nederland woonde. De ondernemer bestreed dat standpunt gemotiveerd. Omdat de belastingdienst haar standpunt niet verder onderbouwde vond de rechtbank dat niet aannemelijk was gemaakt dat de ondernemer in deze periode nog in Nederland woonde. De belastingdienst meende dat de overdracht van het bedrijf niet vóór de aanvang van het naheffingstijdvak had plaatsgevonden omdat de voormalige ondernemer in het naheffingstijdvak nog inkomsten zou hebben genoten uit het bedrijf en zijn vergunningen pas in de loop van het tijdvak waren overgeschreven. Deze inkomsten waren echter de bij de overdracht overeengekomen termijnbetalingen van de koopsom van het bedrijf. De rechtbank was van oordeel dat het bedrijf al voor de aanvang van het naheffingstijdvak was overgedragen zodat de voormalige ondernemer in het naheffingstijdvak niet inhoudingsplichtig was.