14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AP1813 Zaaknr: 02/04434
Iemand ontving dividend van een aantal BV’s waarin hij een aanmerkelijk belang had. Op die inkomsten bracht hij een bedrag aan betaalde rente in mindering. Die rente had geen betrekking op de aandelen, maar op de financiering van een ander vermogensbestanddeel. Hof Den Bosch stond de aftrek van rente niet toe, omdat het dividend op AB-aandelen viel onder de winst uit aanmerkelijk belang en niet onder de inkomsten uit rechten die niet op zaken betrekking hebben. De wet IB ‘64 bepaalde uitdrukkelijk dat winst uit aanmerkelijk belang niet aangemerkt kon worden als inkomsten uit vermogen.