Geen vervangingsreserve omdat boekwinst niet op vervangend bedrijfsmiddel was afgeboekt

14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN: AR8255, 03/02609

Een ondernemer verkocht in 1998 zijn horecabedrijf. In hetzelfde jaar kocht hij een ander horecabedrijf. Hij rekende de bij de verkoop gerealiseerde boekwinst tot zijn fiscale winst van 1998 en boekte deze niet af op de aankoopprijs van het gekochte horecabedrijf. Achteraf wilde hij dat alsnog doen. Voor de resterende boekwinst wilde hij een vervangingsreserve vormen. Hof Amsterdam wees het beroep af, omdat de ondernemer niet aannemelijk maakte dat de boekwinst alsnog was afgeboekt op de activa van het verworven horecabedrijf. Evenmin was aannemelijk dat hij op de balansdatum ultimo 1998 het voornemen had om tot vervanging van de verkochte horecagelegenheid over te gaan. Hij noemde in zijn beroepschrift het in 1998 gekochte horecabedrijf “een vervangend bedrijfsmiddel”. Omdat de inspecteur de uitspraak op bezwaar ongemotiveerd deed, veroordeelde het Hof de inspecteur tot vergoeding van het griffierecht te vergoeden en in de proceskosten, ondanks de afwijzing van het beroep.