14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN: AS8378, BK 519/03
De belastingdienst legde aan een ondernemer een navorderingsaanslag inkomstenbelasting op over het jaar 1997. Tegelijkertijd werd een boete opgelegd van ƒ 225. De ondernemer bestreed de correctie die tot de navorderingsaanslag had geleid niet, maar de opgelegde boete wel. Hof Leeuwarden was van oordeel, dat de redelijke termijn voor het opleggen van een sanctie was overschreden. Onder verwijzing naar een arrest van de Hoge Raad zou dat moeten leiden tot vermindering van de boete met 10%. Een vermindering van de boete met minder dan ƒ 25 vond het Hof echter geen geschikte compensatie. Daarom liet het Hof vermindering van de boete maar achterwege. De ondernemer ging tegen deze uitspraak in cassatie.