14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN: AQ8951; 02/02974
Op de verhuur van onroerende zaken is een vrijstelling van omzetbelasting van toepassing. Belaste verhuur is op verzoek van verhuurder en huurder mogelijk voor bedrijfspanden die door de huurder voor belaste prestaties worden gebruikt. In een geval waarin geen verzoek was gedaan voor belaste verhuur legde de belastingdienst een naheffingsaanslag omzetbelasting op aan de verhuurder. Bij de huurder had de belastingdienst een controle ingesteld. De huurder had BTW over de huur als voordruk verrekend ondanks het ontbreken van facturen waarop BTW was berekend. Bij de huurder vond geen correctie plaats omdat de fiscus in zulke gevallen de correctie bij de leverancier aanbrengt. De verhuurder had geen BTW over de huur afgedragen. De voorbelasting op het pand heeft hij niet in aftrek gebracht. Volgens zijn verklaring heeft hij nooit met de huurder gesproken over eventueel verschuldigde omzetbelasting. De inspecteur vond dat de huurovereenkomst gelijkgesteld moest worden met een factuur. In de huurovereenkomst was vermeld, dat alle bedragen exclusief BTW waren en dat BTW zou worden berekend. Hof Arnhem heeft de naheffingsaanslag vernietigd, omdat de verhuurder geen facturen heeft opgesteld waarop BTW is vermeld. De huurovereenkomst kan niet als een factuur worden aangemerkt, omdat huur een doorlopend karakter heeft. Dat betekent, dat niet van tevoren vaststaat hoelang de overeenkomst zal duren en dus niet wat de totale huurvergoeding zal zijn.