14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AE5318 Zaaknr: 37214
In een fiscale procedure is het aan het Hof om te bepalen op wie de bewijslast rust voor een bepaald standpunt. Als het Hof een standpunt van de inspecteur aannemelijk en voldoende onderbouwd acht en de door de wederpartij aangedragen argumenten afwijst en daarbij aangeeft waarom het Hof die argumenten afwijst, is de bewijslast niet onjuist verdeeld. Verder levert het ontbreken van opmerkingen over de wijze van verantwoording van een deel van de omzet niet het vertrouwen op, dat dit deel onjuist mag worden verantwoord. Ook tegen het oordeel van het Hof, dat volledige kwijtschelding van de boete passend is in de gegeven omstandigheden is geen beroep in cassatie mogelijk.