In overnameprijs onderneming begrepen deel voorraad geen inkoop voor margeregeling

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AO1294, AO1303, AO1304, 38319, 38320, 38324

De omzetbelasting bevat een bijzondere regeling voor de handel in gebruikte goederen, de zogenaamde margeregeling. Bij de inkoop van goederen van particulieren of vrijgestelde ondernemers wordt geen BTW in rekening gebracht. De handelaar in gebruikte goederen brengt bij de verkoop van die goederen alleen BTW in rekening over de marge, het verschil tussen zijn verkoopprijs en zijn inkoopprijs. Ook voor de overname van een hele onderneming kent de omzetbelasting een bijzondere regeling. Op grond daarvan wordt de overname niet als een levering van goederen gezien en wordt er geen omzetbelasting in rekening gebracht. In een procedure voor de Hoge Raad was aan de orde, wat het gevolg voor de margeregeling is bij de overname van een onderneming. Het ging om een handelaar in gebruikte auto's, die een automobielbedrijf overnam. Bij die overname is geen BTW berekend. De handelaar wilde de overgenomen voorraad margeauto's als marge-inkopen aanmerken. Hof Arnhem stond dat niet toe. De richtlijnen van de EU geven de lidstaten de vrijheid om te bepalen, dat de overname van een onderneming geen levering van goederen is. Degene op wie de goederen overgaan, treedt dan in de plaats van de overdrager. Volgens de Hoge Raad is het dan niet mogelijk om een dergelijke overdracht mee te nemen bij het bepalen van de winstmarge van de overdragende wederverkoper of om de overdrachtsprijs voor die goederen bij de overnemer als aankoopprijs voor de margereling in aanmerking nemen. De overnemer maakte gebruik van de globalisatieregeling. Daarbij hoeft er wat betreft de goederen geen verband te bestaan tussen de inkopen in een tijdvak en de verkopen in dat tijdvak. De overdracht van ingekochte goederen in het kader van de verkoop van het bedrijf heeft geen invloed op de bepaling van de winstmarge van de overdrager in het tijdvak waarin de inkoop plaatsvond. Gelet op het karakter van de globalisatieregeling geniet de overdrager daardoor geen ongerechtvaardigd voordeel. Gevolg daarvan is dat de overnemer geen ongerechtvaardigde schade lijdt doordat hij de inkoopprijzen van zijn voorganger niet in aanmerking mag nemen.Wel mag de overnemer een negatieve tijdvakmarge van de overdrager benutten, omdat hij door de overdracht van de onderneming geacht wordt in diens plaats te zijn getreden. De beperking, die de Nederlandse regelgeving hieraan stelt, moet buiten toepassing blijven in geval van de samenloop van de bijzondere regeling voor de overdracht van een onderneming en de toepassing van de globalisatieregeling in de margeregeling.