14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN: AR5904, 02/7122 DK
Een bedrijf vroeg aan de Douane om de afgifte van een bindende tariefinlichting (hierna: BTI) voor bloedzakken, die werden gebruikt voor bloedtransfusies. Het bedrijf stelde indeling als (onderdeel van) transfusiesystemen voor. De douane deelde de zakken echter in onder de post overige kunststofartikelen. Volgens de douanekamer van Hof Amsterdam is beslissend voor de tariefindeling van goederen of zij voldoen aan de objectieve kenmerken en eigenschappen zoals die zijn omschreven in de tekst van de tariefpost. De bestemming van een product kan een objectief indelingscriterium zijn, wanneer die bestemming inherent is aan het product. Op grond van de bijzondere kenmerken van de bloedzakken was de Douanekamer van oordeel, dat zij bestemd zijn voor gebruik in een transfusietoestel onder medisch toezicht. Daarmee hebben de zakken een specifiek medische bestemming en dus vallen zij onder de medische apparatuur. De door de Douane afgegeven BTI is door de douanekamer vernietigd.