Investeringstijdstip is het moment, waarop verplichtingen voldoende bepaalbaar zijn

14 mei 2007 | Overig | jurisprudentie | LJN-nummer: AF6059 Zaaknr: AWB 02/340 en 02/341

Om in aanmerking te komen voor energie-investeringsaftrek moet binnen drie maanden na het moment, waarop de investeringsverplichting is aangegaan, melding van de investering worden gedaan bij Senter, onderdeel van het ministerie van Economische Zaken. Wanneer het investeringsmoment zich voordoet laat zich niet altijd eenvoudig bepalen. In een aan het College van Beroep voor het Bedrijfsleven voorgelegde procedure had Senter de gevraagde investeringsverklaring geweigerd, omdat de driemaandstermijn was verstreken. Het ging om de investering in HR-glas en andere isolatievoorzieningen voor een nieuw te bouwen bedrijfspand. In de procedure kwam vast te staan, dat het ontwerp van het pand na de door Senter als investeringsmoment aangenomen datum ingrijpend was gewijzigd, waardoor de investering in isolatievoorzieningen beduidend anders was dan aanvankelijk was voorzien. Het College van Beroep was van oordeel, dat het investeringsmoment lag op het tijdstip, waarop de aannemer opdracht kreeg het gebouw volgens het gewijzigde ontwerp uit te voeren. Dat tijdstip lag minder dan drie maanden voor het aanvragen van de verklaring.