Leiding uitvaartplechtigheid valt onder vrijstelling lijkbezorgers

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AS4122, 40403

De wet op de omzetbelasting kent een vrijstelling voor de prestaties van zogenaamde lijkbezorgers. Die vrijstelling wordt ruim uitgelegd in een resolutie van de staatssecretaris van Financiƫn en vindt ook toepassing "op prestaties als het beschikbaar stellen van personeel en rouwkamers en het verhuren van rouwgoederen, door lijkbezorgers (daaronder begrepen kistenmakers en rouwvervoerders voor zover deze een gedeelte van de taak van de lijkbezorger uitvoeren) jegens andere lijkbezorgers, voor zover die prestaties niet zijn leveringen van goederen of het vervoeren van personen en/of goederen". Het organiseren en leiden van de uitvaartplechtigheid vormt een onderdeel van de diensten van lijkbezorgers. In afwijking van het oordeel van Hof Den Bosch vallen deze prestaties daarom volgens de Hoge Raad ook onder de vrijstelling van omzetbelasting, die voor lijkbezorgers geldt.