Na opleggen boete gevraagde inlichtingen niet gebruiken voor schuldgradatie

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AO9013, 38156

Iedere belastingplichtige is verplicht om mee te werken aan een verzoek om inlichtingen van de inspecteur, voor zover het gaat om inlichtingen die van belang kunnen zijn voor de belastingheffing van de belastingplichtige. De inspecteur kan in bepaalde gevallen een boete opleggen. Het opleggen van een boete is een strafrechtelijke sanctie. Wanneer de inspecteur aan een belastingplichtige een boete oplegt, mag hij de mate van schuld niet baseren op inlichtingen die hij in een later stadium heeft gekregen van de belastingplichtige. In een geval waarin de inspecteur na het opleggen van een navorderingsaanslag inlichtingen vroeg en kreeg van de belastingplichtige betoogde de belastingplichtige voor het Hof dat de door hem afgelegde verklaringen niet mochten worden gebruikt ter onderbouwing van de boete. Het Hof verwierp dat betoog, maar liet daarbij de mogelijkheid open dat zijn oordeel over de mate van schuld mede was gebaseerd op verklaringen die de belastingplichtige na het opleggen van de navorderingsaanslag had afgelegd. Dat was voor de Hoge Raad aanleiding om de uitspraak van het Hof te vernietigen wegens schending van artikel 6 EVRM.