Naheffing accijns van afnemer zonder vergunning toegestaan

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AF0332 Zaaknr: 36388

Accijns moet worden betaald bij de invoer van accijnsgoederen of bij de uitslag. Er geldt een vrijstelling voor levering van accijnsgoederen, die aan boord van schepen in het internationale verkeer worden gebruikt, mits de afnemer een vergunning heeft. Naheffing van niet betaalde accijns moet in principe bij de leverancier gebeuren, maar mag bij de afnemer plaatsvinden als deze wist of had kunnen weten, dat de accijns niet was betaald. De afnemer heeft zich naar de leverancier toe voorgedaan als de eigenaar van een schip, die over de voor vrijstelling vereiste vergunning beschikt. Naar het oordeel van de Hoge Raad is dat voldoende voor naheffing van accijns bij de afnemer. De Hoge Raad vernietigt de opgelegde naheffing in de omzetbelasting met betrekking tot tabaksproducten, omdat zich met betrekking tot die producten geen belastbaar feit heeft voorgedaan. Omzetbelasting wordt alleen geheven ter zake van de levering, de invoer of de intracommunautaire verwerving van goederen. Dat voor de heffing van omzetbelasting over accijnsgoederen wordt aangesloten bij de accijnswetgeving heeft niet tot gevolg, dat het voorhanden hebben van accijnsgoederen daarmee eenbelastbaar feiten voor de omzetbelasting wordt.