Naheffing loonbelasting over spaarloon DGA toegestaan wegens nieuw feit

14 mei 2007 | Hof Den Bosch | jurisprudentie | LJN-nummer: AN9087 Zaaknr: 01/01217

Deelname aan de spaarloonregeling is uitgesloten voor de DGA van een BV en zijn echtgenoot als zij de enige werknemers van die BV zijn. Die uitsluiting is in de jurisprudentie al meerdere malen bevestigd en vormt geen ongeoorloofde vorm van ongelijke behandeling. In een procedure voor Hof Den Bosch was naast toepassing van het gelijkheidsbeginsel in geschil of de belastingdienst een naheffingsaanslag loonbelasting aan de BV mocht opleggen, terwijl de aanslagen inkomstenbelasting over de betreffende jaren al zijn opgelegd aan de DGA en zijn echtgenoot. In meerdere arresten heeft de Hoge Raad bepaald, dat loonbelasting niet meer kan worden nageheven als geen (navorderings)aanslag inkomstenbelasting kan worden opgelegd waarin het desbetreffende loonbestanddeel is begrepen. Deze regel is bedoeld om te voorkomen, dat een ambtelijk verzuim van de belastingdienst bij de heffing van de inkomstenbelasting wordt hersteld door aan de werkgever een naheffingsaanslag loonbelasting op te leggen. Naar het oordeel van het Hof had de belastingdienst een navorderingsaanslag inkomstenbelasting op kunnen leggen omdat voldaan is aan de eis van een nieuw feit. De aangiften inkomstenbelasting maakten een verzorgde indruk en waren opgesteld door een professionele adviseur. Die aangiften vormden geen aanleiding voor een extra onderzoek. De inspecteur heeft niet bij de behandeling van de aangifte inkomstenbelasting een standpunt ingenomen, dat hij heeft herzien door het opleggen van een naheffingsaanslag loonbelasting.