24 maart 2003 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN-nummer: AG1666 Zaaknr: 02/314
Sinds de invoering van het besluit tellerstanden in speelautomaten zijn er vele procedures gevoerd over de omzet- en winstcorrecties bij zogenaamde mede-exploitanten van speelautomaten. Voor Hof Amsterdam werd onlangs een procedure gevoerd over omzet- en winstcorrecties bij een exploitant, alsmede over de winstuitdeling aan de enige aandeelhouder van de exploitant. Ook in deze procedure kon geen afdoende verklaring worden gegeven voor de aanzienlijke stijging van de verantwoorde omzet. De gemiddelde omzet per automaat verdubbelde ongeveer ten opzichte van de periode voordat tellerstanden werden geregistreerd. De exploitant bestreed alleen de omzetcorrecties, niet de uitdeling als zodanig. In het feit, dat de aandeelhouder indirect verarmde door de aan de BV opgelegde boete over de nagevorderde vennootschapsbelasting en de nageheven omzetbelasting, vond het Hof aanleiding de boete in de inkomstenbelasting kwijt te schelden. Dat had tot gevolg, dat de inspecteur werd veroordeeld om de exploitant een proceskostenvergoeding te betalen.