Niet opmaken hoorverslag geen aanleiding voor vernietiging naheffingsaanslag

14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN: AS2695, 02/00443

Naar aanleiding van een controle legde de belastingdienst een naheffingsaanslag omzetbelasting op aan een ondernemer. In zijn aangifte over een periode had hij een groot deel van zijn omzet niet opgenomen. De inspecteur beschouwde dat als een opzettelijk onjuist gedane aangifte, omdat het om een substantiƫle afwijking ging en de ondernemer geen pogingen had ondernomen tot verbetering. De ondernemer maakte bezwaar tegen de opgelegde boete. Naar zijn mening was er sprake van een administratieve fout van zijn administrateur. Hij was in de bezwaarfase gehoord door de belastingdienst, maar het wettelijk vereiste verslag was niet gemaakt. Dat leidde niet tot vernietiging van de boete. Het niet opmaken van een hoorverslag is een vorm van onzorgvuldig handelen van het bestuursorgaan, wat tot gevolg heeft dat de zaak moet worden terugverwezen door de rechter naar het bestuursorgaan. In dit geval vond Hof Arnhem dat de ondernemer niet in zijn procesbelang was geschaad en honoreerde het Hof diens verzoek om de zaak zelf te behandelen. Het Hof was van oordeel dat de inspecteur de gestelde opzet had bewezen. De ondernemer had nagelaten om de fout zo snel mogelijk na het ontdekken daarvan te herstellen, ondanks dat het ging om een in het oog springende te lage aangifte. Vanwege schending van de redelijke termijn van behandeling verlaagde het Hof de opgelegde boete met 10%. De oorzaak voor de lange behandeltermijn (van juni 2001 tot december 2004) lag in de grote werklast van het Hof, maar dat mocht geen excuus vormen.