Onderzoeksplicht inspecteur is bij eenvoudige en verzorgde aangifte beperkt

14 mei 2007 | Hof Arnhem | jurisprudentie | LJN-nummer: AF5681 Zaaknr: 01/00295

Deelname aan de bedrijfsspaarregelingen is uitgesloten voor de houder van een aanmerkelijk belang, die de enige werknemer is van een BV. Volgens een arrest van de Hoge Raad is het de wetgever toegestaan deze uitzondering ten opzichte van gewone werknemers en ten opzichte van werknemers/aanmerkelijkbelanghouders, die niet de enige werknemer zijn in de wetgeving aan te brengen. Dat betekent, dat de DGA enig werknemer ten onrechte deel heeft genomen aan de spaarloonregeling en de premiespaarregeling. Dat uit de aangifte inkomstenbelasting van haar echtgenoot en uit de aangifte vennootschapsbelasting kon worden afgeleid, dat zij als enig werknemer aan die regelingen deelnam, verhindert niet, dat de inspecteur de te weinig ingehouden en afgedragen loonheffing kan naheffen. De normale zorgvuldigheid, die de inspecteur moet hanteren bij de behandeling van een aangifte, gaat niet zo ver, dat ieder onderdeel van een aangifte moet worden onderzocht op mogelijk belang voor een andere aangifte. Naar het oordeel van het Hof is er geen ambtelijk verzuim gepleegd door de inspecteur dat navordering van inkomstenbelasting zou beletten. Om die reden is naheffing van loonbelasting toegestaan.