Opbrengst aan- en verkooptransactie boerderij in casu onbelaste vermogenswinst

14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN-nummer: AO4491 Zaaknr: BK 1751/02

Een veehandelaar heeft samen met een veehouder op verzoek van een derde als tussenpersoon gefungeerd bij de aankoop van een boerderij met grond. De boerderij werd aan hen geleverd, ondanks het niet doorgaan van de verkoopovereenkomst met hun opdrachtgever. De boerderij werd uiteindelijk met winst aan anderen verkocht. Het daarmee behaalde voordeel telde de inspecteur bij het inkomen in het jaar van aankoop. Omdat de veehandelaar geen aangifte had gedaan legde de inspecteur de aanslag ambtshalve op. Dat had tot gevolg, dat de veehandelaar met een verzwaarde bewijslast geconfronteerd werd. Hof Leeuwarden stelde vast, dat de veehandelaar en de veehouder nooit eerder bij een dergelijke transactie hadden bemiddeld en dat zij hiervoor waren benaderd door de opdrachtgever vanwege hun goede persoonlijke verhouding met de verkoper en niet vanwege hun kennis van (de handel in) agrarisch onroerend goed. De reden om, na de ontbinding van de overeenkomst met de opdrachtgever, de koopovereenkomst met de verkoper toch doorgang te laten vinden lag niet in de bedoeling om een verwacht voordeel te behalen, maar om te voorkomen, dat zij aan de verkoper een forse boete moesten betalen. De aankoopprijs was reëel. Het hof was van oordeel, dat er sprake is van een onbelaste vermogenswinst.