14 september 2006 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJNAY8413, 04/03716
Werkgevers kunnen aan hun werknemers naast de normale arbeidsbeloning ook pensioenrechten toekennen. Toegekende pensioenrechten moeten worden ondergebracht bij een pensioenfonds of een verzekeringsmaatschappij. De werkgever die nog geen pensioenrechten heeft toegekend maar dat wel van plan is, kan ten laste van de winst een zogenaamde kostenegalisatiereserve vormen. Er moet dan sprake zijn van een stellig voornemen om pensioenrechten toe te kennen. Het bestaan van een dergelijk voornemen moet door de werkgever bewezen kunnen worden. In een aan Hof Amsterdam voorgelegde casus kwam slechts vast te staan dat door de werkgever en zijn adviseurs met enige regelmaat werd gesproken over het toekennen van pensioenaanspraken aan een werknemer. Als er al een voornemen bestond om op enig moment pensioenaanspraken toe te kennen, dan was dat voornemen volgens het Hof zo vaag dat het voornemen in ieder geval niet stellig was. Er bestond geen enkele zekerheid dat het voornemen zou worden uitgevoerd. Het Hof stond de vorming van een kostenegalisatiereserve of een pensioenvoorziening niet toe.