Prestaties van vennoten jegens vennootschap kunnen buiten BTW blijven

14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2003/602M

Voor de omzetbelasting geldt, dat een vennootschap onder firma of een maatschap die prestaties in het economische verkeer verricht ondernemer is. De individuele vennoten gelden niet als ondernemer, tenzij zij naast de prestaties in maatschapsverband nog andere prestaties verrichten. Daarvan is sprake als een vennoot zaken tegen vergoeding aan de vennootschap ter beschikking stelt. Een voorbeeld is de verhuur van het bedrijfspand, dat eigendom is van een van de vennoten, aan de vennootschap. Dergelijke prestaties vallen onder de heffing van omzetbelasting, tenzij daarop een vrijstelling van toepassing is. Tot 1 oktober 2002 konden dergelijke prestaties met een beroep op een besluit van het ministerie van Financien buiten de heffing van omzetbelasting blijven. Dat besluit is op die datum ingetrokken. De staatssecretaris van Financien biedt nu de mogelijkheid om bestaande exploitatieovereenkomsten met terugwerkende kracht zodanig aan te passen, dat van ondernemerschap van de individuele vennoot geen sprake is. Daarvoor is nodig, dat het genot van de zaken of rechten door de vennoot aan de vennootschap wordt verstrekt tegen een aandeel in de winst van de vennootschap in plaats van tegen een vaste vergoeding. De maatschapsovereenkomst moet in die zin worden aangepast. Toegestaan wordt, dat de inbreng van het genot alleen deelt in het positieve resultaat van de vennootschap en niet in het verlies. Die aanpassing moet vóór 1 januari 2005 plaatsvinden. De goedkeuring geldt ook voor zaken, die na 1 oktober 2002 in exploitatie zijn genomen. Als partijen geen wijziging wensen van de bestaande situatie en dus kiezen voor ondernemerschap van de vennoot kan dit tot 1 mei 2004 zonder gevolgen blijven voor de omzetbelasting. Vanaf die datum wordt de exploitatie bij de vennoot in de heffing van omzetbelasting betrokken.Bestaat de exploitatie uit de verhuur van een onroerende zaak aan de vennootschap en is nog geen verzoek voor belaste verhuur ingediend, dan kan de belaste verhuur met terugwerkende kracht ingaan als voor 1 mei 2004 het verzoek is ingediend. Dit geldt uiteraard alleen indien aan de voorwaarden voor belaste verhuur is voldaan. Herziening en/of herrekening van in aftrek gebrachte omzetbelasting blijft dan achterwege over de tussenliggende periode. Als geen belaste verhuur mogelijk is omdat de vennootschap na 1 oktober niet meer voldoet aan de eis, dat de voorbelasting voor 90% of meer in aftrek kan worden gebracht, dan blijft herziening of herrekening van in aftrek gebrachte voorbelasting achterwege over de periode van 1 oktober 2002 tot de datum van wijziging van de prestaties van de vennootschap, waardoor niet meer is voldaan aan de voorwaarde voor belaste verhuur.