Schadevergoeding arbeidsongeschiktheid ondernemer was onderdeel winst
14 mei 2007 | Overig | jurisprudentie | LJN: AV2980,05/404
Als gevolg van een auto-ongeluk raakte een ondernemer arbeidsongeschikt. De verzekeraar van de automobilist die de aanrijding veroorzaakte erkende aansprakelijkheid voor de gevolgen van de aanrijding. Er kwam uiteindelijk een vaststellingsovereenkomst
tot stand op grond waarvan de verzekeraar een bedrag van ƒ 168.000 uitkeerde als vergoeding van de geleden schade. Er was al ƒ 18.000 aan voorschotten betaald. Het resterende bedrag van ƒ 150.000 werd bepaald aan de hand van de winst uit onderneming. De ondernemer
verwerkte de schadevergoeding niet in zijn aangiften IB/PVV. Na een bij de ondernemer ingesteld boekenonderzoek merkte de belastingdienst ƒ 150.000 aan als een belaste vergoeding voor gederfde en te derven winst uit onderneming. De ondernemer stelde zich op
het standpunt dat de gedane schade-uitkering een onbelaste vergoeding voor het blijvend verlies aan arbeidsvermogen vormde.Volgens de rechtbank vormt een blijvend verlies aan arbeidsvermogen een indicatie voor een onbelaste vergoeding ter compensatie van verlies
aan arbeidsvermogen van de ondernemer als persoon. In geval van een tijdelijk verlies aan arbeidsvermogen zal veelal sprake zijn van een vergoeding die strekt tot vervanging van gederfde en/of te derven winst uit onderneming.Bij de berekening van de vergoeding
werd een looptijd van 10 jaar gehanteerd. Naar het oordeel van de rechtbank was dat een aanwijzing voor tijdelijke arbeidsongeschiktheid. Verder was als uitgangspunt voor de hoogte van de vergoeding de winst over het boekjaar 1998 genomen. Daarom meende de
rechtbank dat de vergoeding was bedoeld om de binnen de onderneming geleden schade te compenseren. Omdat de ondernemer het tegendeel niet had bewezen had de belastingdienst volgens de rechtbank de schadevergoeding terecht tot de winst uit onderneming gerekend.