Sprongcassatie toegestaan bij late instemming wederpartij

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AZ1230, 42570

Wie het niet eens is met een beslissing van de inspecteur op zijn bezwaarschrift kan in beroep gaan tegen de uitspraak bij de rechtbank. Tegen een uitspraak van de rechtbank kan hoger beroep worden aangetekend bij het Gerechtshof. Daarna staat nog de mogelijkheid open van beroep in cassatie bij de Hoge Raad. Het is mogelijk de gang naar het Gerechtshof over te slaan en tegen een uitspraak van de rechtbank direct in cassatie te gaan bij de Hoge Raad. Dat wordt aangeduid met de term sprongcassatie. Sprongcassatie kan nuttig zijn indien er geen geschil meer bestaat over de feiten, maar partijen twisten over een zuivere rechtsvraag. Een tweede procedure over de feiten is dan niet meer nodig. Beide partijen moeten het erover eens zijn dat het hoger beroep wordt overgeslagen. Die toestemming hoeft niet noodzakelijkerwijs vooraf te zijn verkregen. In een procedure waarin de staatssecretaris van Financiƫn in het verweerschrift alsnog verklaarde met het instellen van beroep in cassatie in te stemmen vormde het aanvankelijk ontbreken van de toestemming voor de Hoge Raad geen aanleiding om het beroep in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren.