13 augustus 2004 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AI0719 Zaaknr: 38119
Iemand kocht een leegstaand kerkgebouw. Hij wilde dat na verbouwing als woning gaan gebruiken. Hij verzocht om toekenning van energiepremie voor de door hem aangebrachte isolatie en verwarming. Dat verzoek werd afgewezen, omdat er geen sprake was van een woning. Hof Leeuwarden vond die afwijzing terecht. Volgens het Hof moest het pand met een nieuwbouwwoning worden gelijkgesteld, omdat door de gemeente na 1 januari 1998 een bouwvergunning was afgegeven. Nieuwbouwwoningen waren uitgesloten van energiepremie. Volgens de Hoge Raad moest beoordeeld worden waarvoor een bouwvergunning was afgegeven. De uitsluiting had geen betrekking op bestaande woningen of andere gebouwen waarvoor na 1 januari 1998 een bouwvergunning is afgegeven in verband met vernieuwing, verandering of vergroting daarvan. Het Hof had in zijn uitspraak niets vermeld over de aard en omvang van de verbouwing of over de inhoud van de bouwvergunning. De Hoge Raad heeft de uitspraak van het Hof vernietigd en de zaak verwezen naar Hof Arnhem.