Toepassing gebruikelijk loonregeling niet afhankelijk van overig inkomen

14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN-nummer: AF9794 Zaaknr: 01/2794

De gebruikelijke loonregeling is van toepassing op iedere DGA, die werkzaamheden voor zijn BV verricht. Niet van belang is of de DGA uit anderen hoofde over voldoende inkomen om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien beschikt. De DGA meende, dat de betreffende wetsbepaling was ingevoerd en uitsluitend betrekking had op de situatie waarin door het creëren van een nihilinkomen de heffing van vermogensbelasting werd voorkomen. De bepaling heeft echter een ruimere strekking. Ook de aard van de werkzaamheden van de BV – het ging in deze procedure voor Hof Amsterdam om activiteiten met een ideëel karakter - is niet van belang. De DGA bewijst niet dat voor zijn werkzaamheden een lagere beloning dan destijds ƒ 78.000 per jaar gebruikelijk is, zodat het Hof de opgelegde naheffingsaanslag voor dat gedeelte in stand laat. Wel vernietigt het Hof de boete omdat de DGA in 1996, voor de invoering van de gebruikelijke loonregeling, ook geen salaris genoot en daarmee naar het oordeel van het Hof een pleitbaar standpunt had.