Toepassing vrijstelling overdrachtsbelasting bij inbreng onderneming

14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2005/2645M

De verkrijging van onroerende zaken is in het algemeen belast met overdrachtsbelasting. De Wet op de Belastingen van Rechtsverkeer bevat echter een vrijstelling van overdrachtsbelasting voor de verkrijging van onroerende zaken bij de inbreng van een onderneming in een vennootschap. Voorwaarde voor toepassing van de vrijstelling is dat alle activa en passiva worden ingebracht. De Staatssecretaris van Financiën heeft nu aangegeven dat activa en passiva die niet (meer) dienstbaar zijn aan de onderneming buiten de inbreng in de personen- of kapitaalvennootschap kunnen blijven, zonder dat de vrijstelling in gevaar komt.De opzet van de vrijstelling is dat de onderneming kan worden voortgezet. Voor voortzetting van de onderneming is meestal niet van belang of de onroerende zaak ook juridisch eigendom is van de onderneming. Daarom mag worden volstaan met inbreng van de economische eigendom. Wanneer de juridische eigendom later alsnog wordt ingebracht is overdrachtsbelasting verschuldigd. Het besluit heeft terugwerkende kracht tot en met 26 september 2005.