14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AF8525 Zaaknr: 37743
In een arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld, dat de manier waarop in het buitenland de winst van een aldaar gevestigde vaste inrichting van een Nederlandse vennootschap wordt bepaald ook gevolgd moet worden voor de bepaling van de winst waarvoor de vennootschap recht heeft op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting. De procedure betrof een vaste inrichting in Brazilië. Vanwege de enorme inflatie in Brazilië golden daar verplichte monetaire correcties bij de winstbepaling, die maandelijks moesten worden doorgevoerd. Volgens de Hoge Raad moest met die correcties ook in Nederland rekening worden gehouden. Bij de omrekening van lokale naar Nederlandse valuta mag als de winst van de vaste inrichting gelijkmatig verdeeld is over het jaar worden uitgegaan van de gemiddelde koers aan het begin en het einde van het jaar. In dit bijzondere geval werd de winst door de hyperinflatie niet gelijkmatig over het jaar verdeeld. Omrekening moet dan over kortere periodes gebeuren, bijvoorbeeld steeds over een maand, waarbij als gemiddelde koers wordt aangehouden de koers aan het begin en aan het einde van die maand. Het Hof in Amsterdam was bij de omrekening uitgegaan van de gewogen gemiddelde eindkoers per maand. Naar het oordeel van de Hoge Raad leidde dat tot een onjuist resultaat. Daarom is de uitspraak van het Hof vernietigd en is de zaak verwezen naar Hof Den Haag.