VAR door inspecteur ten onrechte herzien

14 mei 2007 | Hof Den Bosch | jurisprudentie | LJN: AV7612, 03/00502

Met ingang van 1 januari 2001 bestaat de mogelijkheid om aan de belastingdienst te vragen om een beschikking waarin zekerheid wordt gegeven over de fiscale kwalificatie van een arbeidsrelatie. Tegen deze beschikking, de verklaring arbeidsrelatie (VAR), staan de rechtsmiddelen van bezwaar en beroep open. Een tolk, die werkte voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), had met die instelling een geschil over de kwalificatie van zijn arbeidsrelatie. Volgens de tolk bestond er een dienstbetrekking. De IND stelde zich op het standpunt dat de werkzaamheden op freelance basis werden verricht. Volgens Hof Den Bosch moest deze vraag aan de hand van het burgerlijk recht beantwoord worden. In verband met dit geschil vroeg de tolk om een VAR-loon. De belastingdienst verstrekte de gevraagde beschikking, maar trok deze later in en verving de beschikking door een VAR-wuo, waarbij de werkzaamheden als winst uit onderneming werden gekwalificeerd. Het Hof vernietigde de herziene VAR omdat de inspecteur niet aannemelijk kon maken dat na de afgifte van de eerste VAR de feiten zodanig waren gewijzigd dat herziening gerechtvaardigd was. Ook waren de in het aanvraagformulier vermelde feiten en omstandigheden niet anders dan in de voorgaande jaren. De inspecteur had deze feiten en omstandigheden aan de hand van de aangiftes van de voorgaande jaren kunnen controleren. Volgens het Hof had de inspecteur daarmee bij de tolk het in rechte te beschermen vertrouwen gewekt dat de VAR-loon juist was.