Verdeling bewijslast bij waarderingsgeschil voorraad niet onredelijk

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AR4369, 39731

In een procedure voor Hof Den Bosch was de waarde van de voorraad in geschil. Deze werd gewaardeerd op de kostprijs minus een percentage wegens incourantheid. Het Hof kwam tot het oordeel, dat de waarde van de voorraad op de balansdatum gelijk was aan de kostprijs minus 14,13 percent wegens incourantheid en liet het aan partijen over om een ander percentage te bewijzen. De belanghebbende moest een hoger percentage en de inspecteur moest een lager percentage aannemelijk maken. Naar het oordeel van de Hoge Raad heeft het Hof de bewijslast niet onredelijk verdeeld. Het beroep van de staatssecretaris van Financiƫn tegen de bewijslastverdeling is afgewezen.