5 november 2010 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJNBO1942, BK-09/00867
Bij de berekening van de over een kalenderjaar verschuldigde inkomstenbelasting wordt rekening gehouden met de heffingskortingen. De verschuldigde inkomstenbelasting is de som van de belasting over het belastbare inkomen uit werk en woning, het belastbare inkomen uit aanmerkelijk belang en het belastbare inkomen uit sparen en beleggen. De over het belastbare inkomen uit werk en woning verschuldigde belasting wordt verminderd met een nog niet in aanmerking genomen belastingkorting wegens een eerder geleden verlies uit aanmerkelijk belang. De gecombineerde heffingskorting is maximaal gelijk aan het bedrag van de gecombineerde inkomensheffing. De gecombineerde inkomensheffing is de verschuldigde inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen na de toepassing van regelingen ter voorkoming van dubbele belasting.
Wanneer de gecombineerde heffingskorting lager is dan de som van de algemene heffingskorting en de voor de belastingplichtige geldende arbeidskorting, kinderkorting, aanvullende kinderkorting, combinatiekorting en aanvullende combinatiekorting, heeft de belastingplichtige recht op verhoging van de gecombineerde heffingskorting tot maximaal het bedrag van de door zijn partner verschuldigde gecombineerde inkomensheffing na aftrek van diens gecombineerde heffingskorting.
In een procedure voor Hof Den Haag was in geschil of met het bedrag van de gecombineerde inkomensheffing wordt bedoeld de inkomensheffing vóór of na vermindering met de belastingkorting voor verlies uit aanmerkelijk belang.
In navolging van de rechtbank was het hof van oordeel dat de tekst van de wet geen andere conclusie toelaat dan dat met gecombineerde inkomensheffing is bedoeld de heffing na vermindering met de belastingkorting voor verlies uit aanmerkelijk belang en vóór aftrek van de heffingskorting. Het gevolg daarvan was dat de belastingplichtige in deze procedure recht had op verhoging van de heffingskorting. Na aftrek van de korting wegens een verlies uit aanmerkelijk belang bedroeg zijn gecombineerde inkomensheffing nihil. De partner van de belastingplichtige betaalde in het betreffende kalenderjaar wel belasting en premies volksverzekeringen, zodat de gecombineerde heffingskorting van de belastingplichtige verhoogd werd.