Vervangingswaarde kantine exclusief BTW wegens ondernemerschap

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AY9981, 40954

In een procedure over de WOZ-waarde van de kantine van een sportvereniging bepaalde Hof Leeuwarden dat deze op de vervangingswaarde exclusief BTW moest worden gesteld. De Belastingdienst merkte de sportvereniging aan als ondernemer voor de omzetbelasting voor zover het de kantineactiviteiten betrof. Dat bleek uit een brief die de Belastingdienst aan de vereniging had gestuurd. Volgens het standpunt van de Belastingdienst gebruikte de vereniging haar kantine uitsluitend voor belaste prestaties. De kantine was voor de heffing van omzetbelasting een zelfstandig goed. Op grond van het ondernemerschap en het gebruik voor belaste prestaties kon de vereniging de ter zake van de bouw en (op)levering van de kantine in rekening gebrachte omzetbelasting geheel in aftrek brengen. Volgens de Hoge Raad had het Hof terecht de omzetbelasting bij het bepalen van de vervangingswaarde buiten beschouwing gelaten.