Verzoek teruggaaf vóór 1992 verschuldigde accijns

14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN: AS4129, 40848

Een importeur van wijnen uit andere lidstaten van de Europese Gemeenschap deed een verzoek om teruggaaf van accijns. Dat verzoek had betrekking op de periode tot en met 1991 en was gebaseerd op een arrest van het Hof van Justitie van de EG, waarin werd geoordeeld dat in een aantal gevallen ten onrechte wijnaccijns was geheven, die als niet verschuldigd diende te worden terugbetaald. Volgens een EG-verordening inzake kwijtschelding en terugbetaling van rechten bij invoer wordt kwijtschelding van rechten toegestaan aan de persoon die deze rechten moet voldoen en wordt terugbetaling verleend aan degene die de rechten heeft voldaan. Ook ingeval van betaling geldt dat alleen degene die op grond van de communautaire bepalingen de rechten verschuldigd is geworden, aanspraak kan maken op terugbetaling. Wanneer een andere persoon dan de schuldenaar de betaling voor de schuldenaar heeft gedaan, krijgt deze persoon geen aanspraak op terugbetaling. De importeur in kwestie had de partijen wijn onder krediet van accijns overgenomen van de aangever. De aangever had recht op afschrijving of teruggaaf; de importeur niet omdat hij niet degene was die aangifte had gedaan en dus niet degene was die de accijns verschuldigd was geworden. Naar het oordeel van de Hoge Raad heeft Hof Amsterdam terecht het verzoek om teruggaaf afgewezen.