14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN-nummer: AO3443 Zaaknr: BK 1280/02 OZB
Aan de gebruiker van een verzorgingstehuis, dat bestaat uit 232 appartementen en 6 ziekenkamers, is een aanslag onroerende zaakbelasting (OZB) opgelegd naar het hoge gebruikerstarief voor niet-woningen. In geschil is of dat tarief terecht is toegepast. De waarde voor de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) is na bezwaar bepaald op een bedrag van ƒ 12.773.000 op basis van de gecorrigeerde vervangingswaarde. De gecorrigeerde vervangingswaarde geldt voor bedrijfspanden en niet voor woningen.Volgens de Hoge Raad is een onroerende zaak een woningg indien deze voor 70% of meer bestemd is voor bewoning. Volgens Hof Leeuwarden dient het verzorgingstehuis in kwestie in hoofdzaak tot woning. Dat alle bewoners een bepaalde mate van verzorging krijgen en dat de appartementen als zorgplaatsen worden aangeduid doet aan die constatering niet af. Dat de WOZ-waarde op basis van de gecorrigeerde vervangingswaarde is bepaald en dat het verzorgingstehuis dus is aangemerkt als een onroerende zaak die niet tot woning dient is niet van belang voor de beoordeling van de aanslag OZB. Die is verminderd door de toepassing van het lagere gebruikerstarief voor woningen.